“Dat het ook wél goed kan aflopen, dat zijn de mooie dingen”
Debby Oude Nijhuis werkt nu 4 weken als roomservicemedewerker op de corona-afdeling. Normaal gesproken werkt ze als doktersassistent op de poli Dermatologie, maar nu loopt ze in een beschermend pak aan de besmette kant om coronapatiënten eten en drinken te brengen.
Het werk heeft impact
Debby werkt sinds 1997 voor MST, ze begon als secretaresse op poli Cardiologie en is daarna doorgegaan als doktersassistent op de poli Dermatologie. Sinds 1 april werkt ze op de corona-afdeling als roomservicemedewerker: “In het begin was het heel erg wennen, het is heel anders dan op de poli. Er zijn veel patiënten op de afdeling en vooral in de eerste weken was het erg druk. Iedereen is erg alert op wat je doet en wat je aanraakt. De eerste week had het werk zeker een bepaalde impact op mij en moest ik alles wat ik had gezien en had meegemaakt echt een plekje geven.”
Andere sfeer
Volgens Debby is haar werk op de corona-afdeling niet te vergelijken met werken de poli. “Het enige dat overeenkomt is het patiëntencontact. Als roomservicemedewerker moet ik snel schakelen in mijn nieuwe werkzaamheden en op de corona-afdeling hangt er toch een hele andere sfeer. Veel patiënten zijn erg ziek en ik weet nooit hoe het gaat aflopen omdat ik medisch inhoudelijk niet betrokken ben, dat maakt het soms lastig.”
Te benauwd om überhaupt te praten
Debby geeft aan dat de situatie waarin ze is beland erg onwerkelijk is: “Iedereen die in zo’n pak loopt: het maakt gewoon indruk. Ook weten patiënten daardoor vaak niet wie ze voor zich hebben, iedereen ziet er in het pak namelijk hetzelfde uit, dat is lastig voor de patiënt.” Volgens Debby is het amper te bevatten hoe ziek de mensen zijn. “Sommige patiënten zijn te benauwd om überhaupt te kunnen praten. De ene dag breng je drinken en de volgende dag kom je terug en is diegene er niet meer, dat is nauwelijks te beseffen.“
Alle lof voor de verpleging
Debby vertelt dat ze nu haar draai wel heeft gevonden omdat het wat rustiger is. Ook is ze erg trots op hoe de samenwerking verloopt op de afdeling. “Ik heb echt veel respect voor de verpleging. Het werk dat zij verrichten is enorm intensief en kost veel energie. Zelf ben ik blij en dankbaar dat ik mijn steentje kan bijdragen, ook al is het misschien klein. Het is fijn dat ik iets kan doen en dat ik er kan zijn voor de patiënten. Als de verpleging heel druk is, is er altijd nog een roomservicemedewerker om even achter de deur te kijken.”
Een bijzonder moment
Debby vertelt over een bijzonder moment dat ze meemaakte toen een patiënt was genezen van het coronavirus: “Na een aantal weken op de Intensive Care te hebben gelegen en op de corona-afdeling voor het herstel, mocht de patiënt na genezing weer naar huis. Hij kreeg een mondmasker op van de verpleging en een aantal meter verderop stonden zijn vrouw en dochter achter de deuren naar hem te zwaaien. De hele weg, vanaf de afdeling naar de deuren, kon hij niet stoppen met zwaaien: het was zo’n bijzonder moment. Na vier weken zie je je vrouw en je kind weer, dat laat zien dat het ook wel heel goed kan aflopen: dat zijn de mooie dingen.”