Kinderen met astma hebben minder last van hun ziekte dankzij thuismonitoring en de interactieve playground AIRplay. Ze hoeven minder vaak op controle en bewegen meer. In MST wordt er al enige tijd mee gewerkt.
Jonge astmapatiënten hebben het lastig. Ze moeten op gezette tijden hun medicijnen nemen, het zogeheten pufje, maar doen dat lang niet altijd goed of vergeten het. Dat vergroot de kans op lichamelijke klachten. Ook is de drempel hoog om mee te doen aan sportactiviteiten met leeftijdsgenoten: de astmapatiëntjes zijn relatief snel kortademig. Het gevolg is dat ze te weinig bewegen, wat soms leidt tot overgewicht of andere bijwerkingen. Ze komen in een sociaal isolement terecht. Buitenspelen gebeurt amper nog.
Thuis monitoren
Medisch Spectrum Twente experimenteert al enige tijd met het monitoren van de therapietrouw voor deze groep. De patiënten krijgen een geavanceerde inhalator mee, die precies registreert of er (twee keer per dag) voldoende medicijnen worden geïnhaleerd. Het ziekenhuis geeft daarnaast ouders een longfunctiemeter mee, waarop te zien is of er bijvoorbeeld bij hoestaanvallen sprake is van verkoudheid dan wel van longproblemen.
Grote verandering
Deze nieuwe aanpak betekent een grote verandering voor zowel patiënt en ouders als arts, schetst kinderarts Boony Thio. “In de oude situatie zagen we deze patiënten drie keer per jaar. Op die momenten waren ze vaak klachtenvrij en moesten wij vertrouwen op hun geheugen. Dat is jammer, want we willen juist informatie over de situatie waarin er klachten optreden. Dankzij thuismonitoring kunnen we realtime meekijken én weten we zeker dat de patiënt voldoende medicijnen binnenkrijgt. Je voorkomt zo onnodig bezoek aan het ziekenhuis. En dat scheelt dus weer in de zorgkosten. Het is een cultuuromslag; van brand blussen naar brand voorkomen.”
Privacy
Door de inzet van technologie zijn er in MST 40 procent minder opnames van jonge astmapatiënten dan in andere ziekenhuizen, zo heeft Thio uitgerekend. Dat komt doordat de behandelend arts en de ouders kunnen bijsturen als het mis dreigt te gaan. Zo voorkomen zij een verslechtering van de conditie. Dat de dokter op afstand voortdurend kan meekijken hoe het met de patiënt gaat, ervaren ouders niet als een inbreuk op de privacy. “Ik dacht dat ze mij zouden zien als een soort Big Brother, maar nee”, zegt Thio. “Ouders omarmen het, waarschijnlijk omdat ze met technologie zijn opgegroeid.”
Meer bewegen
Ook op het gebied van bewegen is vooruitgang geboekt. Samen met onderzoekers van de Universiteit Twente en Roessingh Research and Development heeft MST een app en een interactieve ‘playground’ ontwikkeld. De app registreert via sensoren de activiteiten van de patiënten. De playground bestaat uit beamers die in het plafond zijn verwerkt en interactieve spellen die op de grond worden geprojecteerd. De interactieve spelvoorziening is uitgebreid getest. De resultaten met de AIRplay zijn zo positief, dat er ook een playground is geplaatst in revalidatiecentrum ‘t Roessingh en collega-ziekenhuis ZGT in Almelo.
‘Geen buitenkind’
Thio: “We zien dat deze groep kinderen doorgaans te weinig beweegt. Ze passen zich aan de situatie aan en zeggen dat ze sporten niet leuk vinden. Ouders gaan daar vaak in mee door te roepen dat hun kind geen buitenkind is. Maar binnenkinderen bestaan niet en beeldschermen gaan ook niet meer verdwijnen. De playground van AIRplay bewijst dat kinderen zich uitgedaagd voelen om in actie te komen. Ze gaan het bewegen met leeftijdsgenoten weer leuk vinden. Dat kan een mooi opstapje zijn om lid te worden van een sportvereniging. We halen voor hen de drempels weg.”
Bron: Tubantia, 8 maart 2019 (foto kind op playground: Cees Elzenga