De thuissituatie van kinderen op zo’n manier nabootsen, dat luchtwegklachten goed in beeld kunnen worden gebracht. In de inspanningskamer in het Vrouw Kind Centrum in MST zijn kinderen actief bezig, zodat technisch geneeskundigen hun longfunctie in de ideale omstandigheden kunnen meten.
Het is een bijzonder gezicht: springende kinderen op een opblaaskussen in een ziekenhuis. Niet voor hun plezier, maar omdat ze bij inspanning ademhalingsklachten hebben. Die klachten in kaart brengen is lastig, omdat de klachten zich niet of anders uiten als kinderen naar het ziekenhuis komen. Daarom is het belangrijk om de longfunctie te meten terwijl een kind zich inspant.
Klimaatkamer voor de juiste temperatuur
De inspanningskamer op de afdeling Kindergeneeskunde binnen het Vrouw Kind Centrum is sinds 2020 in gebruik. Wekelijks doen tien tot twintig kinderen een inspanningstest. In de kamer is een kind in beweging, net als thuis. De temperatuur komt zelf overeen met de gemiddelde temperatuur buiten (10 OC), waar kinderen spelen en sporten. Een klimaatkamer met droge lucht maakt dat mogelijk.
Inspanningskamer startpunt voor behandeling
“We willen zoveel mogelijk voorkomen dat kinderen vaker naar het ziekenhuis moeten komen voor een test”, vertelt kinderlongarts Mark Ottink. “Met behulp van de inspanningskamer zijn we goed in staat om een diagnose te stellen.” Kinderlongarts Boony Thio sluit daarop aan: “De meting in de inspanningskamer is een goed vertrekpunt voor de behandeling. Het wordt bijvoorbeeld goed duidelijk wanneer we wel of juist niet medicatie moeten gaan inzetten en of er sprake is van astma.”
Grote tevredenheid
“De metingen op deze manier geven ouders goed inzicht in de klachten en de oorzaken”, vervolgt Thio. “Het is belangrijk dat ouders echt gemotiveerd zijn om een behandeling te starten, want vaak duurt die lang.” Uit de evaluaties blijkt dat ouders, en de kinderen zelf, erg tevreden zijn na de test in de inspanningskamer.
Technisch geneeskundige meet klachten bij inspanning
Het meten van de longfunctie gebeurt door technisch geneeskundigen op de afdeling Kindergeneeskunde. Zij worden ondersteund door astmaverpleegkundigen en staan onder supervisie van de kinderlongartsen. Mattiene van der Kamp, technisch geneeskundige: “We meten de ademhaling voor, tijdens en vlak na de inspanning. In totaal duurt dat ongeveer een uur. Het inspannen zelf duurt zes minuten; we vragen kinderen om in die tijd te springen, lopen of fietsen. Bij het lopen of fietsen worden onze metingen ondersteund door camerabeelden, zodat we goed kunnen zien hoe een kind ademhaalt.”
Topklinische erkenning
MST heeft een STZ-erkenning voor diagnostiek van inspanningsgebonden luchtwegklachten; er is veel ervaring met het meten van de longfunctie en de behandeling van luchtwegklachten. Landelijk worden patiënten naar MST doorverwezen. Met inzichten uit wetenschappelijk onderzoek is de inspanningskamer opgezet. Het verrichten van onderzoek is nog steeds een belangrijke pijler. Thio: “We kijken nu bijvoorbeeld naar hoe we kunnen bevorderen dat kinderen therapietrouw zijn.”